Beste collega’s,
Wat de problematiek van de betalingsachterstand en de gewijzigde wetgeving betreft, heerste er nog steeds heel wat onzekerheid. Bepaalde overheidsopdrachten vielen immers niet onder het toepassingsgebied van deze nieuwe regels. Het was moeilijk te achterhalen welke opdrachten nu wel en welke niet onder de toepassing van deze wet vielen.
De eerste minister heeft daarom een verhelderende omzendbrief gepubliceerd. Deze omzendbrief kunt u hier raadplegen:
Een overzicht.
1. Op welke overheidsopdrachten is de wet op de betalingsachterstand van toepassing?
De wet van 2 augustus 2002 op de betalingsachterstand (als gewijzigd bij wet op 22 november 2013, hierna de “Wet BA”) is van toepassing op handelstransacties tussen ondernemingen en overheidsinstanties. Deze Wet BA is het algemeen juridisch kader, d.w.z. als er niets anders van toepassing is, is deze wet van toepassing. In artikel 3/1 van deze wet wordt een uitzondering gemaakt voor toepassingsgevallen waarop “de specifieke bepalingen van de regelgeving inzake overheidsopdrachten op het vlak van de algemene uitvoeringsregels van toepassing zijn”.
De algemene uitvoeringsregels waarnaar verwezen wordt in artikel 3/1 werden bepaald in een KB van 14 januari 2013 tot bepaling van de uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessie voor openbare werken (hierna het “KB AUR”).
Zowel de Wet BA als het KB AUR zijn een omzetting van dezelfde Europese Richtlijn (2011/7/EU). De rechten en plichten zijn dus min of meer ook gelijklopend.
Het doel van deze recente omzendbrief is duidelijk te maken wanneer het KB AUR van toepassing is en wanneer de Wet BA. Het verschil dat voor u van belang is, is het volgende (bedragen zonder btw):
Handelstransacties met een waarde van meer dan 8.500 EUR = KB AUR
Handelstransacties met een waarde van minder dan of gelijk aan 8.500 EUR = Wet BA
Het KB AUR werd door de juridische dienst nog niet bestudeerd. Als u denkt dat dit op u van toepassing is en u wilt uitleg bij de inhoud van dit KB, dan volstaat het mij de vraag te stellen.
Op uw debetnota is het dus best te verwijzen naar de correcte regelgeving. Ik geef u hier de juiste verwijzingen mee:
-
[…] krachtens de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties en de omzendbrief van 20 november 2014 van de eerste minister inzake overheidsopdrachten en concessies voor openbare werken.
-
[…] krachtens het KB van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken de omzendbrief van 20 november 2014 van de eerste minister inzake overheidsopdrachten en concessies voor openbare werken.
2. Op welke overheidsinstanties is de Wet BA van toepassing?
De wet op de betalingsachterstand definieert “overheidsinstantie” als volgt:
“elke aanbestedende dienst, zoals omschreven in artikel 2, lid 1, onder a), van Richtlijn 2004/17/EG en in artikel 1, lid 9, van Richtlijn 2004/18/EG, ongeacht het voorwerp of de waarde van de opdracht;”
Deze definitie heb ik opgezocht in de richtlijn 2004/17/EG waarnaar verwezen wordt. De definitie van de Richtlijn 2004/18/EG is zo goed als identiek. In de bijlage III van Richtlijn 2004/18/EG vindt u overigens ook een niet-limitatieve lijst van publiekrechtelijke instellingen die onder deze definitie vallen.
“Aanbestedende diensten: De Staat, zijn territoriale lichamen, publiekrechtelijke instellingen en verenigingen bestaande uit een of meer van dergelijke lichamen of een of meer van dergelijke publiekrechtelijke instellingen.
Als publiekrechtelijke instellingen wordt iedere instelling aangemerkt:
- die is opgericht met het specifieke doel in andere behoeften van algemeen belang te voorzien dan die van industriële of commerciële aard,
- die rechtspersoonlijkheid heeft, en
- waarvan ofwel de activiteiten in hoofdzaak door de staat, door territoriale lichamen of andere publiekrechtelijke instellingen worden gefinancierd, ofwel het beheer onderworpen is aan het toezicht van deze laatste, ofwel de leden van het bestuurs , het leidinggevende of het toezichthoudende orgaan voor meer dan de helft door de staat, de territoriale lichamen of andere publiekrechtelijke instellingen zijn aangewezen.”
De FOD justitie valt onder “de Staat” en valt dus wel degelijk onder het toepassingsgebied van de wet.
Disclaimer: dit is eerstelijnsadvies op basis van beperkte dossierkennis en geen concreet juridisch advies in het kader van een procedure. Wij raden aan om voor de concrete uitwerking in de voorliggende feitelijke situatie verder uw persoonlijke adviseur(s) te raadplegen.