Column: sinds wanneer is de vertaler het slaafje van de Staat?
Beroep: beëdigd vertaler. Sinds mijn registratie bij de rechtbank van mijn provincie, bijna drie jaar geleden, met de bedoeling burgers te helpen bij hun meertalige administratieve en wetgevende stappen, heb ik nooit ofte nimmer rechtsreeks voor rekening van de rechtbanken gewerkt.
Tot ik in oktober van de rechtbank van eerste aanleg een brief ontving van een aantal velletjes in meerdere talen, waaronder het Frans, met als opdracht deze te vertalen. Punt aan de lijn… Aangezien dit in 3 jaar tijd nog nooit was voorgevallen, veroorloofde ik het mij de opdracht te weigeren. Tot de postbode mij op een mooie morgen in december een brief van de FOD Justitie overhandigde met de niet mis te verstane (dreigende) boodschap … “Beëdigd vertalers DIENEN ZICH TER BESCHIKKING TE STELLEN VAN DE OVERHEID (…)”, “De vertalers MOETEN DE OPDRACHTEN AANVAARDEN (…)”, “Uw inschrijving in het register LAAT U NIET TOE EEN KEUZE TE MAKEN”. En als toppunt: “De dienstverlener die weigert (…) zal gestraft worden met een boete van vijftig tot vijfhonderd euro”. Waarop ik het ”kwaliteitshandboek”, de Bijbel van de beëdigde vertaler, erop nasloeg en daarin las: a. dat de manier waarop de opdracht is verwoord ondubbelzinnig moet zijn (o ja?), b. dat men telefonisch met mij contact had moeten opnemen om naar mijn beschikbaarheid te polsen (nogmaals o ja?) en vooral c. dat, in het geval het om een eerste opdracht ging (wat wel zo had kunnen zijn), men mij eerst had moeten briefen over de inhoud en de procedures, met vermelding van een contactpersoon en diens telefoonnummer (echt waar?)… Nu vraag ik mij af: wie heeft hier de procedures niet gevolgd?
“FOD Justitie heeft geen voeling met de realiteit”
En zo ervaar ik dus voor de zoveelste keer dat er nog altijd evenveel onduidelijkheid heerst over het heilige huisje dat het voorlopige nationaal register is, en dat dit register voorlopig definitief of definitief voorlopig zal blijven. Tja, zoals ik er vriendelijk word aan herinnerd, bestaan er wetten en houdt de inschrijving in het register een verbintenis in. Beseft de FOD Justitie wel dat ik toch onmogelijk drie jaar lang met mijn vingers had moeten draaien, wachtend op een opdracht, en dat de onomwonden eis om vanaf de eerste opdracht ineens en voor een minimumvergoeding paraat te staan mij op zijn minst verbaast! En wat moet ìk dan zeggen als ik naar de rechtbank waar ik beëdigd ben om inlichtingen vraag en daar niemand te zien krijg, of als ik de wetgeving opvraag en meer dan twee weken lang moet wachten om dan te horen ““u bezorgt ons wel veel werk, we kunnen onmogelijk zeggen wanneer dit klaar zal zijn…”? Als een van de partijen de informatie- en bijstandsverbintenis niet nakomt, waarom zou ik dan tot enige dienstverlening kunnen worden gedwongen?
We staan hier voor een heus syllogisme: de (terechte) reputatie hebben de vertalers maandenlang niet te betalen, maar massa’s tijd verdoen om na te gaan wie wel of niet een opdracht aanvaardt. Dreigen met boetes tegen zelfstandigen die al meer dan voldoende aan de Staat afdragen is ronduit schandalig… Hen 0,06 EUR/woord betalen ook. Hen verplichten om vertalingen uit te voeren op straffe van een boete en hun facturen niet betalen, daar zijn gewoon geen woorden voor … Beseft de FOD Justitie wel dat een vertaler tegen dit tarief in een land als het onze niet eens fatsoenlijk kan leven? Zullen we de proef op de som nemen? Wie gemiddeld 2000 woorden per dag vertaalt, verdient maandelijks 1 920 EUR bruto, dit voor 16 dagen vertaalwerk per maand aangezien elke plichtsbewuste zelfstandige minstens 20% van zijn tijd moet besteden aan boekhouding, administratie, informaticatools, enz. Als we bovendien rekening houden met de fiscale druk (waar ik verder niet wil op ingaan, hoewel dit ook onze aandacht verdient), moet een vertaler het stellen met 850 EUR per maand! Wie neemt hier wie in het ootje?
De enige oplossing: mij uitschrijven uit het register
Hoe zou ik mijn probleem kunnen oplossen? Door een wetsaanpassing? Laten we maar stoppen met dromen. Ik kan mij beter uit het register laten uitschrijven… en dit allemaal door een besluit, een programmawet en een kwaliteitshandboek die extreem complex en in elkaar geflanst zijn en waarbij geen rekening werd houden met de realiteit. Wat is er mis met een degelijke vergoeding voor flexibel werken en voor intellectueel boeiende, maar toch uitputtende arbeid? Wat zou er gebeuren mochten de vertalers, die voor peanuts moeten werken en met handen en voeten gebonden zijn, massaal hetzelfde doen? Zal men de beëdigd vertalers en tolken offeren op de brandstapel van een kafkaiaanse organisatie? Het vertrek van bekwame vertalers en tolken of het moeten werken tegen halve prijs zal de kwaliteit van de vertalingen zeker niet ten goede komen. En dat terwijl de juiste interpretatie en een goed begrip net zo belangrijk zijn in rechts- en strafzaken… Nu ja, blijkbaar denkt men daar bij de FOD Justitie anders over….
Uiteindelijk komt het erop neer dat men de beëdigde vertalers, door hen te verplichten zich te laten registreren op een lijst die niet eens gefinaliseerd is, hen opdrachten te laten vertalen waarvoor ze lukraak zijn aangesteld, hen voor een schijntje op straffe van een boete te laten werken, als freelancers eigenlijk in een toestand van armoede duwt waarvoor ze niet getekend hebben… Een goed verstaander heeft maar een half woord nodig.
Een vertaler die de zwijgende meerderheid vertegenwoordigt
Vertaling: Ann De Winne